Wie in Estland woont en jonger is dan 7 jaar, of invalide is, mag gratis reizen met de bus. Dit is ruim 20 jaar geleden wettelijk vastgelegd. Vervoerbedrijven zijn verplicht deze doelgroepen gratis mee te nemen, maar krijgen daarvoor geen compensatie. Het blijkt een complexe zaak te zijn, die de afgelopen 13 jaar heeft gespeeld en nu is geëindigd bij het Europese Hof.
De zaak is aanhangig gemaakt door Lux Express, een van de vele busbedrijven die verantwoordelijk zijn voor de streeklijnen in Estland. Net als in Nederland wordt het openbaar vervoer aanbesteed; soms op regionaal of lokaal niveau en een enkele keer zelfs op lijnniveau. In al deze programma’s van eisen komt de wettelijke verplichting terug, waardoor er geen ruimte is voor een alternatief voor de doelgroepen die gratis moeten reizen.
Het werkt ook niet mee dat men in Estland twee methodes hanteert voor het berekenen van de vergoeding. Een deel van de contracten wordt uitbetaald op basis van het totaal aantal gereden kilometers. De inkomsten die gegenereerd worden met de kaartverkoop kan men daarbij optellen. De tweede vorm die men in een contract kan vastleggen, is dat de vervoerder is aangewezen op de kaartverkoop; er is dan geen vergoeding per gereden kilometer. Dit geldt echter alleen voor de gebieden waar nog geen gratis openbaar vervoer is ingevoerd.
De busbedrijven zeggen nu inkomsten te verliezen. De Estse overheid had in 2008 al beloofd om een compensatieregeling op te tuigen. Echter is het sindsdien stil. De ergernissen werden groter toen men streeklijnen gratis begon te maken. Dit project is nog lang niet landelijk ingevoerd, waardoor sommige aanbieders nu nog te maken hebben met het verkopen van kaartjes. Het is vooral pijnlijk, volgens de woordvoerder van Lux Express, om te zien dat daar wel genoeg geld voor is, maar een simpele compensatieregeling nog altijd op zich laat wachten.
In 2018 hebben de vervoerders gezamenlijk nog een poging gedaan om een dergelijke regeling op te zetten. Toen werd duidelijk dat de overheid niet inzichtelijk heeft hoeveel mensen nu tot deze specifieke doelgroepen behoren. De jonge kinderen zijn nog makkelijk te vinden in de algemene persoonsgegevens, maar de mindervaliden staan vaak niet als zodanig geregistreerd.
De eerste rechtszaak vond in juli 2019 plaats. De Estse overheid hield toen nog vol dat de wet volkomen legitiem was. Ook nadat nog drie andere vervoerders zich tot de rechter hadden gewend. Echter sprak het Europese Hof de Estse overheid tegen; de wet die in 2000 is ingevoerd, gaat in tegen de Europese regelgeving. Estland zal hoe dan ook de vervoerders moeten compenseren voor de doelgroepen die gratis met de bus moeten reizen.
Of deze uitspraak in de toekomst nog relevant zal zijn, is nog maar de vraag. Estland is nog steeds voornemens om al het streekvervoer gratis aan te bieden, maar is daarbij afhankelijk van contractuele afspraken die zijn gemaakt bij het gunnen van de concessies.