De laatste dag in Estland staat volledig in het teken van inpakken en opruimen. Alle souvenirs worden bij elkaar gezocht en het appartement wordt zo goed als mogelijk weer in de oude staat hersteld. Niet dat er iets tijdens ons verblijf gesneuveld is; de wasmachine en de behuizing van de badkuip waren immers al stuk.
Een andere uitdaging is het terugbrengen van de statiegeldflessen. In Estland zit niet alleen statiegeld op de grote plastic flessen, maar ook op alle kleinere flessen, blikjes en zelfs op een deel van de glazen flessen.
Gelukkig sparen de Esten zelf ook graag flessen op totdat ze een aardige terug te brengen hoeveelheid hebben. Zodoende liggen er genoeg plastic tassen in ons appartement en zullen we bij de automaat niet gek aangekeken worden.
Met meer dan 100 flessen verspreid over pakweg 6 tassen lopen we door de binnenstad naar de dichtstbijzijnde supermarkt. De beveiliger dirigeert ons na het zien van onze vracht naar de automaat, die in een aparte ruimte achter de supermarkt is geplaatst. Nog voordat we ook maar één fles hebben ingeleverd, houdt de automaat ermee op.
Aangezien de automaten wel bij supermarkten geplaatst worden, vallen ze, in tegenstelling tot de Nederlandse automaten, niet onder de verantwoordelijkheid van de winkels. De overheid zorgt voor de afvoer van de flessen en regelt het onderhoud van de automaat. Het storingsnummer biedt geen oplossing voor de korte termijn, waardoor we gedwongen zijn om de stad te doorkruisen en onze flessen bij een andere supermarkt te dumpen.