De Estse overheid is de mist in gegaan met de aanleg van glasvezelkabels in buitengebieden. De overheid probeerde op deze manier zelfs de meest afgelegen dorpjes aan te sluiten op een snel netwerk. In een rapport dat onlangs is gepubliceerd blijkt dat het project op meerdere punten lijkt te mislukken.
Estland is het meest digitale land van Europa. Inwoners kunnen vrijwel alles zelf online regelen, behalve trouwen, overlijden en een huis kopen. Ook kan elke Est, indien gewenst, online stemmen bij tal van verkiezingen. Daarnaast staat het land bekend om de uitermate goede bereikbaarheid van 4G-internet. Zelfs in de bossen schijnt dit goed geregeld te zijn. Het is niet verwonderlijk dat de overheid er veel voor over had om overal in het land goede internetverbindingen aan te leggen.
De aanleg, van dit breedbandinternet, zou volgens plan in 2015 overal aangelegd moeten zijn. In het rapport staat dat deze deadline niet is gehaald, net als de nieuwe deadline; 2020. De kosten die ermee gemoeid zijn overschrijden nu al het budget van €35 miljoen, dat door het ministerie van economische zaken en infrastructuur beschikbaar was gesteld.
Naast deze kostenoverschrijding en vertraging, blijkt dat in de gebieden waar de kabelverbinding inmiddels is aangelegd, het gebruik flink achterblijft. Slechts 28% van de mensen die toegang hebben tot het breedbandinternet hebben zich aangemeld om er gebruik van te maken. De meeste mensen geven aan de toegang tot dit netwerk niet noodzakelijk te vinden, omdat het langzamere alternatief ook voldoet. De toegang tot mobiel internet speelt daarbij ook een rol, al is deze klein. Verder blijkt dat mensen het internet via deze verbinding te duur vinden.
Dat laatste argument krijgen telecombedrijven ook vaak te horen. Het abonnementsgeld per maand is vele malen hoger dan dat van een reguliere verbinding. Daarbij dienen gebruikers ook eenmalig €199 te betalen aan Enefit Connect OÜ, het bedrijf verantwoordelijk voor de kabelaansluiting. Ook betaalt men aan de telecomprovider een eenmalig bedrag aan aansluitkosten. Deze verschillen per aanbieder. Iets anders dat potentiële klanten mogelijk ervan weerhoudt, is dat ze in veel gevallen de bekabeling achter de voordeur zelf moeten aanleggen, of laten aanleggen. Wanneer zij voor de laatste optie kiezen, zijn er nog meer extra kosten die betaald moeten worden.
De Estse overheid is geenszins van plan om te stoppen met de aanleg, ondanks de geringe animo. Premier Kaja Kallas reageerde geïrriteerd op de uitkomst van het rapport. Zij uitte haar zorgen over de vertraging en stelde dat deze niet binnen een jaar ingehaald is. De Europese Unie stelt voor de komende jaren nog eens €70 miljoen beschikbaar voor dit project.
Ondertussen stellen de rapporteurs dat de Estse overheid beter had moeten kijken naar de alternatieven. De overheid kijkt, als het gaat om internetverbindingen, enkel naar oplossingen via kabels. Plekken waar nu geen kabelinternet is, hebben wel mobiel internet. Echter heeft de overheid laten weten de dekkingsgraad niet uit te breide met de gegevens van mobiel internet. Men stelt dat dit internet niet stabiel genoeg is omdat het afhankelijk is van te veel externe facturen, waaronder het aantal gebruikers, de inrichting van het landschap en het weer.
Het ministerie van economische zaken en infrastructuur gaat ervanuit dat de aanleg in 2030 voltooid is.