Tijdens de formatiegesprekken die op dit moment in Estland gaande zijn, wordt overwogen om afscheid te nemen van het gratis openbaar streekvervoer. Volgens de partijen, Reformierakond, Eesti 200 en SDE, zal het geld dat vrijkomt geïnvesteerd worden in andere mobiliteitsvormen.
Het gratis streekvervoer ligt al langer onder vuur. Zo waren de compensaties die busbedrijven ontvingen de laatste twee jaar niet voldoende om de brandstofkosten te betalen. Meermaals was er extra steun nodig om buslijnen in stand te houden. In grote steden ontstond er discussie over streeklijnen die binnen de stadsgrenzen mensen vervoerden. De stadsbussen in de grote steden, met uitzondering van Tallinn, zijn namelijk niet gratis.
In de nieuwe mobiliteitsplannen wordt gesproken over vraagafhankelijk vervoer en zal men meer inzetten op de fietsinfrastructuur. Wel moet er rekening gehouden worden met de bereikbaarheid van dunbevolkte gebieden. Maar, zo stelt SDE, het autogebruik moet wel verminderd worden. De partij Eesti 200 heeft bedongen dat bij alle infrastructurele projecten verplicht rekening gehouden moet worden met fietsers.
Al deze plannen betekenen niet het einde van de auto in Estland. Automobilisten moeten kunnen vertrouwen op het wegennet dat beter onderhouden moet worden. Waar mogelijk zullen bestaande wegen worden verbreed. De meeste hoofdwegen krijgen dan twee rijstroken in beide richtingen als de plannen doorgang vinden.
Het openbaar vervoer in de stad Tallinn blijft overigens gratis. De gemeente is, net als in andere grote steden, zelf verantwoordelijk voor de tarieven van het openbaar vervoer.