Vandaag, 3 mei, is de dag van de persvrijheid. Traditiegetrouw maakt de organisatie Reporters Without Borders rondom deze dag de jaarlijkse ranglijst van de persvrijheid bekend.
Op welke plek een land in deze lijst terechtkomt, hangt af van diverse factoren. De organisatie kijkt naar de mate waarin journalisten in vrijheid en onafhankelijk hun werk kunnen doen. Ook kijkt men naar de vrijheid die diverse nieuwsmedia hebben. Tot slot speelt ook mee hoe vrij inwoners van een land zich op het internet kunnen bewegen.
In de onderste regionen van de ranglijst treffen we landen als China, Noord-Korea en Eritrea aan. Die respectievelijk plek 178, 179 en 180 innemen. Naast deze landen scoren ook Rusland (171), Afghanistan (175) en Iran (176) behoorlijk laag. Het is geen geheim dat in veel van deze landen nauwelijks tot geen vrije nieuwsgaring mogelijk is. Zo worden in Rusland kritische journalisten opgepakt en dicteert de overheid wat in nieuwsuitzendingen op televisie te zien moet zijn.
De top 15 bestaat volledig uit Europese landen. Noorwegen bekleedt, voor het 7e jaar op rij, de eerste plaats. Op de tweede plaats staat Estland, dat pas sinds 2022 in de top 5 te vinden is. De Estse regering is blij met het resultaat. Minister van Buitenlandse Zaken, Margus Tsahkna, laat aan de Estse nationale omroep weten dat Esten als geen ander weten hoe het is om te leven zonder vrije pers. Om die reden koestert en promoot men een pluriform media-aanbod.
De top 5 bestaat verder uit Nederland (3), Zweden (4) en Finland (5). De twee andere Baltische staten, Letland en Litouwen, staan ook in de top 15. Letland op plek 15, Litouwen op 14. Het eerste land buiten Europa is Nieuw-Zeeland, op plek 16. De Verenigde Staten, waar diverse leden van de regering zich fel uitlaten over de pers, is gedaald naar plek 57. Dat is de laagste notering sinds 2019.
Welke regering aan de macht is, heeft sowieso veel invloed op de plaatsing van een land op de ranglijst. Landen waarin regeringen zich negatief uitlaten over de pers, dalen vaak enkele plekken. De trend is ook andersom te zien. Na dat in Polen een rustiger politiek klimaat ontstond, waarin de nieuwe regering zich inzette voor de pers, steeg het land in twee jaar van plek 57 naar 31.