Vanuit Klooga, rijden we richting Paldiski. Deze stad kent een bijzondere geschiedenis.
Toen Estland in 1991 opnieuw onafhankelijk werd, bleven op diverse locaties nog altijd Russische soldaten aanwezig. Paldiski was één van deze locaties. Dit had alles te maken met de bijzondere status die de stad tijdens de sovjetbezetting had.
In Paldiski was namelijk het hoofdkwartier van de marine van de Sovjet-Unie gevestigd. De stad veranderde daarom in een gesloten stad; alles wat er binnen de stadsgrenzen gebeurde, was vrijwel altijd staatgeheim. De Sovjet-Unie bouwde in Paldiski een groot trainingscentrum voor nucleaire onderzeeboten. Daarnaast werden ook twee nucleaire reactoren gebouwd.
Deze reactoren werden in 1989 stilgelegd. Enerzijds door de gebeurtenissen in Chernobyl enkele jaren eerder, anderzijds door het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Maar de voormalige basis bleef belangrijk voor Rusland na 1991. Het land gebruikte de militaire basis nog tot eind augustus 1994; 3 jaar na de herwonnen onafhankelijkheid van Estland.
Na het sluiten van de basis werd het aanwezige nucleaire materiaal terug naar Rusland getransporteerd. Uiteindelijk droeg Rusland in september 1995 de voormalige nucleaire basis over aan Estland. Maar de zorgen waren nog niet weggenomen.
De Sovjet-Unie trainde in deze gesloten stad niet alleen militairen, ze testten er ook bommen. Dat ging niet altijd goed, zo landde er ooit een bom in een moestuin van een kinderdagverblijf. De bom ging gelukkig niet af. Een andere bom, die op een haar na een nucleaire installatie miste, ging eveneens niet af.
Andere bommen, die voorzien konden worden van een kernkop, werden ook in de omgeving getest. Inwoners en medewerkers van de nucleaire installatie waren bang dat er scheuren in de gebouwen zouden ontstaan en er op deze manier radioactief materiaal zou weglekken. Estland nam in de jaren na de overdracht geen risico, en liet een sarcofaag rondom de installatie bouwen. Deze werd in 2006 voltooid.
Tegenwoordig is Paldiski een havenstad met een eenvoudig treinstation en een windpark. Veel toeristen zijn er niet; dat is vanwege de geschiedenis wellicht ook niet zo vreemd. Dat zorgt er wel voor dat je bijna een privéstrand tot je beschikking hebt als je uit wil waaien.
