Een bezoek aan Ierland is niet compleet zonder de Blarney Stone gekust te hebben, althans zo gaat één van de vele gezegden. De steen kussen leek mij geen goed idee, het kasteel bezoeken was echter wel een interessant idee.
Het kasteel, dat omstreeks 1200 gebouwd werd kent een bewogen geschiedenis. De ruïne die tegenwoordig te zien is dateert namelijk uit 1446, toen het steviger herbouwd werd door Cormac Laidir MacCarthy, nadat het eerder verwoest werd. In de jaren die volgden werd het kasteel meerdere malen veroverd tijdens de oorlogen die in Ierland woedden.
Tegenwoordig is het kasteel niet meer dan een ruïne, die door talloze toeristen bezocht kan worden. Smalle trappen leiden mensen naar het dak waar een prachtig uitzicht over de omgeving te zien is. Vanaf hetzelfde punt kan men ook een paar verdiepingen lager in het kasteel kijken. Tevens is op deze verdieping de Blarney Stone te vinden, die je uiteraard mag kussen.
Ook de tuinen rondom het kasteel zijn toegankelijk, met name de giftuin is een publiekstrekker. Giftige planten als wonderboom, opium en zelfs cannabis zijn hier te bewonderen, maar dan wel in een heuse plantenkooi.
Mijn bezoek richt zich voornamelijk op het kasteel en de giftuin. Bij binnenkomst vallen direct de borden waarop de wachttijden voor het kussen van de steen staat op. Het eerste bordje geeft 90 minuten weer, op grote afstand staat die met 60 minuten. Blijkbaar heb ik geluk nog voordat ik de steen überhaupt gezien heb, want na een beklimming van nog geen kwartier sta ik op wat eens het dak was van Blarney Castle.
Daar aanschouw ik hoe de minst lenige mensen allerlei capriolen uithalen om een steen te kussen, die elk jaar door duizenden mensen afgelebberd wordt. Het moet wel goed voor je weerstand zijn, maar ik sla over. Tot grote verbazing van de fotograaf die de foto’s maakt. Foto’s die je, op vertoon van je volgnummer, tegen betaling bij de souvenirwinkel kan afhalen.
Onderweg naar beneden, via een ander trappenstelsel, duik ik nog wat kamers in. De slaapkamers, die destijds niet zo best gelucht werden en de enorme keuken spreken tot de verbeelding. Nog interessanter is de oubliëtte, een meters diepe put waarin mensen werden gedumpt waar men vanaf wilde. Zodoende werd je letterlijk vergeten.
Via de giftuin, waar een cannabisplant staat waarvoor de Nederlandse politie direct een ontruimingsteam zou sturen, loop ik terug naar de hoofdingang. De uitgang blijkt verwerkt te zijn in een souvenirwinkel, slim bedacht van de uitbater. Na betaald te hebben bij de parkeerautomaat is alleen de slagboom openen nog een uitdaging; in Ierland is men niet gewend aan een bestuurder die links in de auto zit…