In Estland is een discussie ontstaan over het tekort aan buschauffeurs. Diverse busbedrijven zetten alles op alles om geschikt personeel te vinden, maar lopen vaak tegen een probleem aan. Kandidaten die geschikt zijn, blijken vaak niet voldoende Ests te spreken.
Busbedrijven hebben bij monde van Estse Vereniging van Mobiliteitsbedrijven laten weten dat zij de strenge taaleisen willen laten varen. Nieuwe chauffeurs hoeven dan niet meer Ests op een hoog niveau te kunnen spreken, een lager niveau zou dan ook voldoende zijn. Hierdoor zouden plots meer geschikte chauffeurs op de Estse arbeidsmarkt beschikbaar zijn.
De minister van Infrastructuur, Vladimir Svet, ziet niks in dit voorstel. Svet benadrukt dat een chauffeur meer doet dan enkel passagiers professioneel en veilig vervoeren. Dienstverlening is net zo belangrijk. Het is niet voor te stellen dat een chauffeur niet in staat zou zijn om een passagier te vertellen welke route een bus rijdt of wat de aankomsttijd is. Zodra een buschauffeur dit niet kan, leidt dat tot een minder hoog serviceniveau, aldus de minister.
Svet ziet veel meer in plannen om buschauffeurs te ondersteunen bij het leren van het Ests. De minister is van plan om met ambtsgenoten naar meer oplossingen te kijken.