Zondag 9 juli 2006 begon laat; zeer laat. Het voorval met A. had onze bedtijd enorm verlaat; dus sliepen we uit. De volgende ochtend werd pas duidelijk welke schade onze gast had veroorzaakt. Bijna de hele voorkamer plakte en twee flessen met drinken waren geschonden. Opmerkelijk genoeg had hij onze fles wodka (viin) ongemoeid gelaten. Ander bijkomstig voordeel was dat hij zijn glas had laten staan. Na drie keer afwassen, met afwasmiddel en afwasborstel, plakte het glas minder. Kamer 1 miste nu een glas, waarvoor ze moesten betalen, wij hadden er een glas bij; gratis.
Na het ontbijt, wat meer weg had van een lunch, volgde nog een korte fietstocht. Niet al te lang, want ’s avonds zou er nog een bezoek volgen aan een van de grootste festivals van Estland; Õllesummer. Vrij vertaald; het bierzomerfestival.
En inderdaad, het bier vloeide rijkelijk. Voor de niet-bierdrinkers was er appelcider of water. Ik hield het bij de cideroptie en vermaakte me prima. Het plan was om op het terrein de finale van het WK voetbal te kijken. De tent waarin dat zou gebeuren werd nog bezet door een menigte die speciaal was komen kijken naar een van Estlands grootste en bekendste bands; Meie Mees. Buiten Estland totaal onbekend. De band zong de minuten tot aan de aftrap vol met Estische covers van internationale “hits”.
Tijdens de eerste pauze in de wedstrijd volgde er een professionele analyse. Althans, ik ging daarvan uit omdat de man die dat deed eerder nog op de nationale tv was verschenen om daar zijn zegje te doen. Na wat foto’s gemaakt te hebben van deze bekende Est (en een opname verstoord te hebben door het geflits ín de camera) werd er nog een bal geveild. Het was een voortzetting van de veiling die vóór de wedstrijd al begonnen was. Bedragen boven de 1500 kroon waren geen uitzondering.
Na de wedstrijd, die overigens aardig verlengd was, bleek dat Italië gewonnen had. Reden voor een drankje in de oude binnenstad (vanalinn). Onderweg daar naartoe versperde een groepje Italianen druktoeterend de weg. Blijkbaar de complete Italiaanse gemeenschap in Estland. Dat bleek een illusie, want het drankje dronken we in Fellini. Een Italiaans restaurant/café aan het stadhuisplein. Een dure locatie, op alle manieren; en verre van professioneel.
Het gratis drankje ging nog wel, qua smaak had ik het als eigenaar niet eens aangedurfd om daar mensen voor te laten betalen. De rest van de drankjes, ook al waren het halve liter glazen, waren ronduit duur. Blijkbaar om het gratis drankje te compenseren. Gezien de temperatuur is enige snelheid wel geboden, maar 15 minuten wachten op alle drankjes is daar meer regel dan uitzondering.
De tweede en laatste ronde drankjes, tegen sluitingstijd aan, nam nog meer tijd in beslag. Vanwege de hitte had ik een ijsthee besteld. Het makkelijkste drankje duurde het langst. Na een toiletbezoek, en wat foto’s gemaakt te hebben van het designinterieur, kwam de dame onze drankjes brengen. Mijn ijsthee zag er nogal onwerkelijk uit en het glas was nog warm. Het kwartje viel; mijn ijsthee (jäätee) was niets meer dan warme thee met suiker en ijsblokjes. De rekening was choquerend hoog, zeker vergeleken bij Õllesummer…