Ik neem geen enkel risico en verduister de röntgenfoto’s door deze in de bosjes te gooien. Uit voorzorg verwissel ik het geheugenkaartje van mijn fototoestel. Wie er nu op kijkt ziet kiekjes uit Spanje en Portugal van vorig jaar. Foto’s die geeneens met dit fototoestel zijn gemaakt.
Na een tijdje blijkt het lampje bevestigd te zijn op een lange antenne, die weer vastzit aan de scooter van de politieagent die ons wat vragen wil stellen. “Is dat uw voertuig?”, begint hij? Wij antwoorden bevestigend. De agent vindt het nogal een rare plek om te parkeren, maar hij gelooft ons als we zeggen dat we dit wel een veilige plek vonden.
Dan valt zijn oog op mijn fototoestel. “Als ge hier binnen geraakt, is ’t prijs.”, meldt hij ons. We zijn geenszins van plan om nog een keer, in de duisternis, het sanatorium in te gaan. De agent overigens ook niet, als we moeten geloven wat zich ’s nachts daarbinnen afspeelt.
We merken dat de agent twijfelt, waarna ik hem de foto’s laat zien die op het kaartje staan. Het lijkt te werken en hij wenst ons nog een fijne avond. Opgelucht nemen we plaats in de auto en rijden voorzichtig de lange oprit af.