Uiteindelijk komen we veel te vroeg voor onze vlucht aan op het vliegveld van Dublin, dat zo ver van de stad af ligt dat de locatie op mijn telefoon als “Dublin 2” wordt weergegeven. Met een speciale bus worden we gratis vervoerd van de parkeerplaats naar de terminal. De chauffeur vraagt nog of we naar terminal 1 of 2 moeten. Het scherm bij de bushalte gaf aanvankelijk 2 aan, maar het bleek 1 te zijn. We eindigen in een compleet uitgestorven hal waar we nog acht uur moeten doorbrengen.
Van de koele begane grond verkassen we naar de benauwde eerste verdieping. Daar is een café gevestigd met bankjes. Niet dat we daar iets bestellen, het blijkt gesloten te zijn, maar we gaan er wel slapen totdat de check-in van onze vlucht begint.
Rond 03:00uur staan we weer in de koelere hal om in te checken. We hoeven geen bagage af te geven, we gaan immers maar voor één dag terug. We zijn daarom ook vrij snel klaar om naar de douane te gaan. Daar vullen we de nodige plastic zakjes met kleine tubes vloeistoffen. Eenmaal in de rij blijkt dat ze pas om 04:00uur beginnen met de controles.
Geheel vlekkeloos verloopt die controle niet. Hoewel ik netjes mijn riem af doe, en voor het gemak ook mijn schoenen door het röntgenapparaat stuur, blijkt dat er nog muntgeld in mijn broek zit. Geen enkel alarm gaat af, dus vervolgen wij onze wandeling naar de gate, die aan het andere eind van de luchthaven blijkt te zijn.
Het boarden verloopt zo snel dat we zelfs op tijd vertrekken. Na wat problemen in de lucht, die turbulentie bleken te zijn, landen we ook op tijd op Schiphol.