Tussen Killarney en Cork ligt het pittoreske plaatsje Macroom. Enkele dagen eerder reden we hier bij toeval doorheen en zagen tijdens dit chaotische ritje best mooie bouwwerken. Het leek mij een leuk idee om hier nog eens terug te keren om wat foto’s te maken en deze stad te ontdekken. En zo geschiedde.
Het centrum van Macroom hadden we, dankzij de navigatie, snel gevonden. De verkeerssituatie was nog steeds even chaotisch als enkele dagen eerder. Wonder boven wonder vonden we binnen een minuut een parkeerplek, die slechts €1 per uur kostte; midden in het centrum. Daar kan Amsterdam nog wat van leren.
In de binnenstad van Macroom staat Macroom Castle Gateway. Deze stadspoort, met daaraan vast een kasteel, huist zelfs een klein cafeetje. Bij de poort staan nog twee kanonnen. Onbruikbaar, aldus de lokale bevolking. Wie de omgeving wegdenkt, waant zich in een Oost-Europese stad. Onder de poort is ruimte voor een weg, die leidt naar de brandweerkazerne. Wanneer die uitrukken, onder de poort door, moet dat een imposant beeld opleveren.
Tegenover deze poort staat een van de mooiste stadhuizen die ik heb gezien. Het is gebouwd in dezelfde stijl als het kasteel aan de overkant van de straat. Naast de reguliere diensten die men in een stadhuis vindt, kan je op de begane grond gebruik maken van de openbare toiletten. Ook deze entree doet niet onder voor de rest van het gebouw, de hal wordt prachtig verlicht door een glas-in-loodraam. De toiletten zijn overigens geen aanrader.
Van Macroom rijden we door naar Cork, dat op slechts een half uur rijden ligt. Hier bezoeken we Mahon Point Shopping Centre. We hadden er veel over gehoord, maar waren er nog nooit geweest. Het bleek een schot in de roos; door de grootse opzet konden de coronamaatregelen makkelijk nageleefd worden. Behalve bij de restaurantjes.